En van Mayagua Island vertrokken we naar Croocked Island. Op zoek naar een mooie en rustige ankerplek. Niet echt gevonden. De dag erop een stukje verder. Mooi zeilen met veel wind maar nog geen ideale ankerplek waar we ook lekker konden zwemmen. Dus dachten we, op naar Long Island. Met oostenwind moet er wel een goede ankerplek aan de westkant zijn. Niets was minder waar en dat bracht ons een klein beetje in problemen want de wind trok verder aan van 20 knopen tot een kleine 30 knopen en de golven bouwden zich flink op en de zon zakte al steeds verder. Ook plan B ankerplek was niet geschikt bij deze wind. En wat nu? Verder doorvaren naar onze volgende bestemming? Dan moesten we in het donker over ondieptes van 1.90m en Bolle steekt ongeveer 1.80. Een dikke golf zou ons dan zo op de bodem kunnen slaan. Dan maar naar een ankerplek die nog eens stuk zeilen is maar wel goed in het donker aan te lopen is. Het wordt WaterCay.
We varen achter kleine eilandjes en zandbanken die de grote golven iets breken. Onze telefoons verliezen signaal. De wind blijft snoeihard door de verstaging gieren. De stroom hebben we gelukkig mee en we varen dit stuk gemiddeld met 6 knopen. We zien een zachte gele gloed rondom WaterCay als we het eiland naderen. WaterCay ligt in de middle of nowhere en zou onbewoond moeten zijn. Waar komt dat licht dan vandaan? We draaien richting de baai waar we willen ankeren en zien opeens een mega spotlight en een stukje verderop nog eentje. Oh wat is hier nu aan de hand? Een grote boot ligt voor anker en in het schijnsel van de spotlight kunnen we nog net twee speedbootjes aan de boot zien hangen. Zo ver van de bewoonde wereld, dat kan niet goed zijn. “Vast een drugstransport oid” roept Mark naar mij tegen de wind in. We moeten er langs naar de ankerplek en Mark draait mij er iets te dicht naartoe. Er komen mannen naar buiten lopen. “Mark stuur naar buiten, straks beginnen ze te schieten ofzo” zeg ik. Er gebeurt niks. Behalve dan dat we steeds duidelijker kunnen zien dat het visboten zijn. Pfff wat een opluchting. We hadden niet graag getuige willen zijn van een of ander illegaal drugstransport. Daarvoor heb ik net iets te veel films gezien. We varen een stukje verder om in het pikkedonker en windkracht 7 te ankeren.
Het is onderhand 3.00 als we onze anchorwatch aanzetten, onze kooi opzoeken en dromen over hoe deze plek er bij daglicht uitziet. De wind waait maar wij liggen gelukkig lekker rustig en beschut de komende dagen want die storm houdt nog wel even aan volgens de voorspellingen. Een brandende vraag is wel, hoe en wanneer komen we hier weer vandaan? De wind en de golven komen natuurlijk uit de verkeerde richting of willen wij de verkeerde kant op?